Loricae: de namen van Romeinse harnassen
Door Sander van den Brink, archeoloog en lid van Vereniging Pax Romana.
Gouda, februari 2015


In de re-enactment en wetenschap nemen veel groepen termen en benaming van elkaar over, zonder dat af en toe eens wordt nagegaan of dit wel klopt. Waar komen de benamingen van de verschillende Romeinse harnassen vandaan? Zijn de benamingen die nu gangbaar zijn correct? Op zoek naar de herkomst en betekenis van de verschillende benamingen kwam ik tot verrassende conclusies.


Lorica
Het woord lorica betekent ‘corset’ of ‘kuras’.1 Het wordt gebruikt als algemene benaming voor een harnas, waarna uit het hierop volgende woord blijkt welk type harnas dit was. De benamingen die totop heden in het algemeen gebruikt worden, zijn lorica hamata (maliënkolder), lorica segmentata (strokenharnas) en lorica squamata (schubbenpantser). Of de benaming lorica ook werd gebruikt voor het kuras, zoals deze door hogere officieren werd gedragen, is niet bekend. Net zo min is het bekend of de Romeinen zelf uitgebreidere termen dan lorica gebruikten om een harnas aan te duiden.


Lorica hamata
Het Latijnse woord hamus betekent ‘haak’; het woord hamatus betekent ‘voorzien van haken’.2 Een wellicht logischere benaming als anulata, wat ‘geringd’ betekent3, wordt echter niet in deze context gebruikt. Met hamus in het achterhoofd lijkt de benaming lorica hamata geen onlogische; het haken kan wijzen op de ringetjes die in elkaar haken. Voor zover bekend was de hamata het enige Romeinse harnastype waarbij de schouderverdubbeling (die typisch Romeins was) met borsthaken werd vastgezet. De benaming kan daarom ook hierop slaan.


Lorica laminata
De benaming lorica segmentata betekent letterlijk ‘harnas in delen’.4 Deze benaming werd voor het eerst gebruikt in de 16e eeuw door de Nederlander Justus Lipsius, in De Militia Romana.5 Het is geheel onbekend welke benaming de Romeinen zelf voor dit type harnas gebruikten. De benaming lorica segmentata heeft geen enkele andere historische achtergrond dan een 16e eeuwse, aangezien deze in 1596 werd bedacht. Een betere benaming zou lorica laminata zijn, wat letterlijk ‘kuras van dunne metalen stroken’ betekent.6 Een archeologische bron vormt hiervoor wellicht ondersteuning. Een in Egypte gevonden papyrus met daarop een overzicht van de geproduceerde materialen van de militaire fabrica, noemt ‘tien strips laminae (of lammae) levisatares’.7 Het is zeer goed mogelijk dat dit laminata-stroken waren, maar dit is alles behalve zeker te stellen. De benaming zou ook op de dunne metalen schildranden kunnen wijzen. Hiertegen spreekt dat de kans dan groot zou zijn dat de benaming hiervan (die dus onbekend is) naar schilden verwees. Van de benaming levisatares is niet bekend wat de exacte betekenis was.8

Lorica squamea
Het derde type harnas is de lorica squamata. Romeinse bronnen geven wederom geen duidelijkheid over de gegeven naam voor het schubbenpantser. De benaming lorica squamata is echter geen Romeinse benaming. De benaming komt slechts in één bron voor, namelijk in de Bijbel als harnas van Goliath.9 Dit Bijbelboek is een Vulgaat uit de 4e/5e eeuw n. Chr., uit een maatschappij waarin Latijn al enkele eeuwen terug ver op de achtergrond geraakt is.10 Overigens moet hierbij worden vermeld dat er verschillende vertalingen van dit Bijbelboek zijn gemaakt, waarbij in sommige versies Goliath een lorica hamata zou hebben gedragen. Het verschil zit hier in de vertalingen tussen schubbenpantser en maliënkolder.11 Het verhaal speelt zich echter af in de 11e eeuw v. Chr., waarin de lorica hamata nog niet was uitgevonden; de lorica squamea echter wel.12
Een geschiktere naam voor dit harnas zou lorica squamea zijn. Dit betekent letterlijk ‘kuras bedekt met schubben’.13 Ook al lijken de termen weinig van elkaar te verschillen, het woord ‘squamata’ komt niet in het Latijn voor. Als mogelijke variant op de benaming lorica squamea kan lorica plumata worden genoemd. Letterlijk betekent dit ‘kuras bedekt met veren’14, wat vanwege de overeenkomstige vorm van het harnas met een verendek niet ondenkbaar is. De af en toe genoemde benaming lorica plumbata lijkt hier een verhaspeling van te zijn. Dit zou betekenen dat het harnas in kwestie volledig van lood gemaakt is; iets wat de drager niet op prijs zou stellen.


1 Oxford Latin Dictionary, editie 2004, lorica 1a.
2 Oxford Latin Dictionary, editie 2004, hamus 1a; hamatus 1.
3 Oxford Latin Dictionary, editie 2004, anulatus.
4 Vertaling F. Broeke, 2014.
5 Justus Lipsius, De Militia Romana Libri V, 1596.
6 Vertaling F. Broeke, 2014.
7 Papyrus Berlijn 6765.
8 Het woord levis betekent ‘licht’ of ‘met licht gewicht’; Oxford Latin Dictionary, 2004, levis 4.
9 1 Samuël 17:5.
10 Grieks was de voertaal in het Oost-Romeinse Rijk.
11 De Nieuwe Bijbelvertaling spreekt over een ‘bronzen schubbenpantser’, de King James Bible spreekt over een ‘coat of mail’.
12 Het oudste bekende gebruik van maliënkolders was door de Etrusken in de 4e eeuw v. Chr., terwijl de oudste vondsten van schubbenpantsers wijzen op een gebruik van tot ruim 1500 jaar eerder op o.a. de Pontisch-Kaspische Steppe, Mesopotamië en het oude Egypte (11e en 12e Dynastie).
13 Vertaling F. Broeke, 2014.
14 Vertaling F. Broeke, 2014.

Scroll naar boven